Verward

Verward

Verward

En nu, dacht ik na de verkiezingen. Ik zeg niet ‘na deze uitslag van de verkiezingen’. Want verkiezingen zijn sowieso wel een dingetje voor me, al lang. Ik heb geen alternatief, wel een leerzame aanvulling die we eens zouden moeten proberen. Bijeenkomsten van gelote burgers, die heus niet allemaal behoren tot de onpopulaire ‘elite van goedwillende burgers met een naïef idealistische inslag’.

Want dat is nu juist bij loten het idee: dat weten we niet van elkaar. De traditionele indeling links/rechts vervalt, de generaties zijn evenredig vertegenwoordigd, afkomst ook. Het is wie er aan de oproep gevolg geeft en als dat alleen maar een bepaald type burger is, dan is dat maar zo. Ongehoord Nederland, je pakt je kans of je pakt hem niet, daarmee ben ik gauw klaar.

In die bijeenkomsten krijgen burgers de tijd, gelegenheid en informatie om over een onderwerp wat langer na te denken dan de vraag op welke aantrekkelijke lijsttrekker en slogan ze zullen gaan stemmen. Ze leren te overleggen in plaats van te overtuigen. En dat die ander niet per se je vijand is die jou wantrouwt en dat jij dat dan ook maar gaat doen. In sommige gemeenteraden functioneren op die manier politieke partijen redelijk met elkaar. Dus het kan wel. Ja, ik pik even Jettens leus, hij had hem per slot ook gepikt.

Maar veel van zulke leerzame bijeenkomsten voor de burger zijn er niet, dus blijft de vraag na elke verkiezing ‘en nu’.

Daarover ben ik verward en met mij velen. Nou ja, op Bluesky denk ik dat dan te zien. Het punt voor mijn partij is: gaan we principieel met schone handen en een zuiver geweten in de oppositie of nemen we weer het risico om door een VVD -nog onbetrouwbaarder dan eerst- met boter en suiker te worden ingemaakt? Als we meedoen, werpen we mogelijk een blokkade op tegen extreemrechts, maar omdat het ook in de VVD sterk naar populisme ruikt, mislukt die blokkade mogelijk. Bovendien wil de goedgeklede influencer die daar danst op twee verloren zetels -ik zei het toch- niet met ons dansen.

Misschien moeten we maar gebruik maken van die opstandige houding en niet meedoen. Zo van oké, dan niet. Of hopen dat er een coalitie zonder de VVD wordt gevormd, met een regeerakkoord waar normale politici wat mee kunnen.

D66, ik hoorde het je zeggen: het kan wel. Laat maar zien dan.

 

Afbeelding van Greg Montani via Pixabay

Bescheidenheid

Bescheidenheid

Bescheidenheid

Na het schrijven van de titel, bleef de pagina urenlang leeg. Nou is het zo dat ik ook mezelf niet spaar, als ik babbel over menselijk gedrag, maar een blanco blog inleveren vond ik dan wel weer erg bescheiden. Dus aan de slag.

Ik las de wikipagina (waar het eindelijk is doorgedrongen dat ik veertien dagen geleden vaste donateur ben geworden en al veel langer verlost had moeten zijn van die onbescheiden bedel-pop-ups, maar dit terzijde) en daarna een artikel in Psychologie, met verwijzingen naar boeken en bronnen (las ik niet).

Niet dat ik er nou alles van af weet, maar het viel me op dat bescheidenheid als overlevingsstrategie niet werd genoemd. Dus in die leemte ga ik nu even voorzien, want ik heb een echte aanrader ontdekt.

De noodzaak voor de strategie kan ieder zelf wel bedenken, ik neem tenminste aan dat ik niet de enige ben over wie het leven en alle ellende in de wereld ongevraagd heen spoelen.

Nou is het niet zo dat ik hier een pleidooi voor nietsdoen of wegkijken ga houden. Maar ik lijk (en ik zie het bij menig ander ook) een veel te grote invloed te willen hebben op hoe het gaat en dus gaat het dan juist niet.

Nou, komt ie: ik stel mijn doelen wat bescheidener. Die zag de lezer wel aankomen, denk ik. Maar nu het beeld van de eigen capaciteiten, dat wordt wat lastiger bijstellen.

Vanwege een nijpend gebrek aan simpelheid van het leven en dat van mij in het bijzonder, praat ik regelmatig met een lieve psycholoog. Zo maakte ik kennis met het begrip post-traumatische groei, toen ik vertelde hoe het leren omgaan met ziekte mij ook hielp om te dealen met andere zaken, zoals de wereld, ik noem maar wat.

Groei is leuker dan een stressstoornis, dus die houden we erin.

Nou ga ik hier natuurlijk niemand aanraden om een kloteziekte te krijgen, maar menig lezer wordt een dagje ouder en dan kom je al een heel eind met onomkeerbaarheid en beperkingen, toch?

En elke lezer heeft een paar scholen meegemaakt, wat ook geen kattenpis is tussen al die ambities, pretenties en (in)competenties.

Daarom, in alle bescheidenheid: ken je zelf, doe wat je kan, dat is dus niet zo veel, hooguit af en toe een tandje bijzetten. En wees daar vooral tevreden mee. Je staat er namelijk niet alleen voor.

 

 

 

 

 

Afbeelding van Erika Varga via Pixabay

 

 

Donker verleden en heden

Donker verleden en heden

Donker verleden en heden

‘Valt wel mee, toch?’ is niet altijd een verstandige houding t.o.v. wat er nu aan het gebeuren is, bedacht ik, toen ik het boek uit had.

Ik las ‘Waar ik me voor schaam’ van Sheila Sitalsing, een aangrijpend relaas van de zoektocht die zij samen met andere nazaten ondernam na de schokkende ontdekking dat haar moeder tijdens haar leven nooit heeft verteld dat zij het (enige) kind van twee actieve NSB-ouders was, vóór en tijdens de Tweede Wereldoorlog. Twee klappen ineen om te verwerken: het zwijgen van je moeder én het foute verleden van je grootouders. In elf wenken neemt zij de lezer mee, om in de tiende en elfde wenk te zeggen: ‘vertel het door en waarschuw’ en ‘je hoeft geen sorry te zeggen maar je kunt wel rekenschap afleggen’. En, zeg ik dan, dat waarschuwen geldt niet alleen voor nazaten, maar voor iedereen die zich nu zorgen maakt over democratie en rechtstaat.

Trouwens, misschien ben je wél een nazaat, zonder het te weten. Ik wist het in elk geval wel, veel familieleden niet, bleek onlangs. Van de NSB-broer van je (jonggestorven, biologische) oma ben je geen directe nazaat eigenlijk, maar het is wel familie, dus een strenge genen-denker kan nu met andere ogen naar mij, naar ons kijken. Oké dan. Dat was -voor zover ik me kan herinneren- ook wel zo’n beetje mijn reactie toen mijn moeder het mij als kind vertelde: Oh. Er werd in de familie niet meer over gepraat, zei mijn moeder en er was geen contact meer met de oom en zijn familie. Oh.

Onlangs dus bleek -tot grote schrik van familieleden- dat mijn moeder één van de weinigen, zo niet de enige was, die ‘het geheim’ een generatie doorgaf. Sommige geheimen waren niet aan haar besteed en daar ben ik wel blij mee. Al heb ik het er als kind en ook later nooit meer met mijn moeder over gehad en dat vind ik nu wel jammer, na het lezen van Sitalsings boek. Mijn vragen zijn minder urgent dan de hare, maar ik heb ze nu wel.

Sitalsing bespreekt ze met wat zij liefdevol haar ‘pubers met de bruine krullen’ noemt, ook nazaten. Hun onbevangen meningen over ‘die opa van jou’ klinken mij enorm helpend en nuchter in de oren.

Over wenk 10, ‘vertel het door en waarschuw’: ik ben geen aanhanger van het waarschuwende ‘de geschiedenis herhaalt zich’, want er zijn altijd verschillen. Maar let wel op dat het niet weer de verkeerde kant opgaat, ook en misschien wel juist als de wereld er anders uitziet dan vroeger.

En lees het boek! https://www.debezigebij.nl/boek/waar-ik-me-voor-schaam/

 

 

Afbeelding van congerdesign via Pixabay

 

Voor de ander

Voor de ander

Voor de ander

Op zich vond ik dat ze wel een paar puntjes had, de pratende stem achter ons op het terras: mensen zijn niet altijd even tactisch in de omgang met elkaar. Vooral als ze zich sociaal willen opstellen uit eigenbelang, gaat het wel eens mis.

Deze dame was -begrijpelijk- gevallen over het ‘Ik doe het voor jou hoor’ van iemand. Die had haar gevraagd op de hond te passen. Ik zag het helemaal voor me: eigenaar van hond zoekt nerveus naar oppas, oog valt op ‘alleenstaande die het vast wel leuk vindt’. Dankbare opluchting laten blijken is maar lastig, de gedachte ‘iets goeds te doen voor een eenzame senior’ ligt lekkerder.

Het volgende herkenbare pijnpuntje werd aangesneden, maar dat ben ik om redenen van eigen geestelijk welzijn vergeten. Lief L, ook afluisteraar in dezen, was het met me eens dat je al je puntjes beter niet de baas moet laten zijn over je gemoed.

Ondertussen vervoegde zich een poes aan onze tafel. Ik vroeg de serveerster wie ervoor zou zorgen de komende week, want het theehuis op het landgoed zou een weekje dicht zijn. ‘Ze heeft een thuis op het landgoed, maar is hier de hele dag.’ Die kat was uitgekeken op de luxe van ruimte, rust, vrijheid en het vangen van muizen en verveelde zich. Op het terras kreeg ze aandacht en je wist maar nooit of er niet iets interessants van de tafels zou vallen. Wat zij dan zou ‘opruimen’. ‘Ik doe het voor jou hoor’, zou ze dan zeggen als ze een mens was.

Toen we weggingen keek ik nieuwsgierig wat voor gezicht er bij die ‘herkenbare puntjes’-stem hoorde. ‘Dat komt niet meer goed’, zei ik. Het zuur was erin getrokken.

We namen ons voor om bij het doen van onze seniorenlichaamsoefeningen vooral vaak de schouders op te halen. En, los daarvan, uiteraard nooit te verleren dankjewel te zeggen.

 

 

 

 

Afbeelding van PublicDomainPictures via Pixabay

 

Middelpunt

Middelpunt

Middelpunt

Ik weet nog hoe ik me voelde, toen ik rond 1980 mijn lidmaatschap van de PvdA opzegde: boos en verdrietig. Het was immers de partij van mijn ouders, die beiden politieke bestuurders waren geweest. Dus ik snap misschien een beetje hoe Gerdi Verbeet zich nu voelt. Al kan ik me niet herinneren of ik voelde dat de partij zich “van mij had verwijderd”. Een partij is dynamisch en dat hoort ook zo. Ik verliet hem destijds overigens omdat ik het een hiërarchisch, door een paar partijtijgers gedomineerd log bolwerk vond.

Ik was nooit een middelpunt in de partij, ook later niet, toen ik weer lid werd. Dat was de bemanning van Gerdi’s Rood Vooruit wel. Klachten over een gebrekkige ledendemocratie heb ik tijdens het bewind van de kameraden van hun kant nooit gehoord, trouwens. Misschien kwamen ze er nou zelf ook achter hoe het is om een minderheidsstandpunt in te nemen. Niet getreurd, want Rood Vooruit wist de weg naar de media erg goed te vinden. Daar werd met name aanstaande fusiepartner GroenLinks lekker zwart gemaakt. De rode makkers hebben zich zo bij sommigen niet populair gemaakt en dat merk je op zo’n congres. Nou is boegeroep verkeerd. Maar de Gerdi-fans lieten zich ook niet onbetuigd en er werd door het presidium wel degelijk wat van gezegd. De grootste ordeverstoring kwam trouwens van een Rood Vooruit-aanhangster in de zaal die -zonder microfoon dus onverstaanbaar- maar bleef schreeuwen.

De motie Piri over een heikel onderwerp, het hardvochtige oorlogsbeleid van Israël, en het tumult daarover kwamen als geroepen om het naderende afscheid een dramatisch tintje te geven: de vermeend links-radicale populistische elementen van GroenLinks kregen natuurlijk weer de schuld. Alsof het in de PvdA niet al langer een teer onderwerp was. Alsof er niet tot tweemaal toe minstens honderdduizend anonieme Nederlanders van alle gezindten de straat op waren gegaan.

Gerdi Verbeet is in hetzelfde jaar als ik van de productieband gerold. Ik weet wat het is om ouder te worden. Je neemt afscheid en moet dingen loslaten. Dat kost mij in stilte ook wel eens een traantje. Maar laat het daarbij, Gerdi, en zoek daarna niet wéér de media op, tegelijk met je ontslagbrief aan het partijbestuur met een cc aan NRC. Of was het andersom?

Bevoorrechte mensen klagen over onrecht als ze een keer met gelijke behandeling worden geconfronteerd.

Als je als senior met alle egards wil worden behandeld, moet je niet zelf mensen zwart maken.

 

 

Afbeelding van PublicDomainPictures via Pixabay

Politieke partijen en zo

Politieke partijen en zo.

Dat ik me nog eens zorgen zou maken over de VVD!

Yesilgöz is bezig, meer nog dan Rutte destijds, het liberalisme de nek om te draaien.Het is niet zozeer dat ik me zorgen maak over het voortbestaan van de VVD als partij, maar over het voortbestaan van liberalisme. Deze oude pijler in onze democratie wordt zo vervangen door arrogant en elitair populisme.

Er gaan naar verluidt binnen de VVD wel stemmen op tegen de koers en het leiderschap van Yesilgöz. Natuurlijk is er moed vereist om in deze tijd een leider met een vlotte omwegbabbel te wippen. Ik acht haar nog in staat om eventueel zetelverlies recht te breien als feitelijke winst.

Ik zou de VVD echter een Bontenbal gunnen. Het CDA is net als de VVD mijn politieke keuze niet, maar ik zie het tegendeel van een onbetrouwbare gladjanus, transparant als hij bijvoorbeeld is over twijfel en morele dilemma’s.

Daarentegen gaat Yesilgöz politieke debatten op inhoud nooit aan, elk woord staat slechts in dienst van de volgende opiniepeiling. Wilders moet er stilletjes gek van worden dat iemand hem zó schaamteloos imiteert: lekker liegen over de ‘radicale’ elementen in GroenLinks die ervoor zouden zorgen dat kiezers door de fusie weggejaagd worden. Nou, áls ze al weggaan, is het omdat ze opgestookt worden. Zo werkt populisme namelijk.

Dat framen van mijn GroenLinks doen de Rood Vooruit-kameraden uit mijn PvdA ook, tot mijn verontwaardiging. Het is dat het maar een klein sneu clubje is met zelf een weinig glorieus sociaaldemocratisch verleden. Ze slaan in de partijdemocratie geen deuk in een pakje boter, en  je zou toch mogen verwachten dat ze zichzelf eens op het grijzende koppie zouden krabben als je dezelfde taal gaat uitslaan als Yesilgöz en Wilders.

Mijn eigen koppie wordt ook steeds grijzer, maar ik vind dat de jonkies van RoodGroen het goed doen: nu doorpakken en online stemmen over de fusie. De uitslag was echt niet anders geweest als er op het congres van 21 juni of nog pakweg een jaar of twee over vergaderd was. Dat is jammer voor de minderheid, maar zo werkt de partijdemocratie nou eenmaal.

Ik schat de waarde van een live-congres op waarde, hoor: niks gaat er boven een evenement waar mensen elkaar formeel en informeel spreken. Daar is nu op 21 juni meer tijd voor, omdat 12 juni officieel al bekrachtigd is wat iedereen al wist: slechts een kleine minderheid is tegen een fusie van GroenLinks-PvdA. Aandacht voor hun sputterende stem inclusief dreigementen is er voldoende geweest, vooral in de media. Dat hoef ik op een congres echt niet nog eens te horen. Aan een eventuele sociaaldemocratische splinterpartij heeft een kleine minderheid van de leden misschien behoefte. Van de kiezers weet ik dat niet, maar de geschiedenis leert dat splinters niet uitgroeien tot vruchtbare bomen. Dus bespaar je de moeite, Rood Vooruit.

 

 

Afbeelding van Clker-Free-Vector-Images via Pixabay

 

 

Chaos en Vrede

Chaos en Vrede

 

Ik keek rechtsboven in de hoek of ik al naar mijn afspraak moest. Maar mijn papieren logboek werkt zo niet.

Ik bedacht dat dit misschien het moment was om mijn gedachten weer eens aan het toetsenbord toe te vertrouwen. Dan neem ik als onderwerp niet mezelf, maar gewoon weer de wereld.

Na ruim een jaar logboek schrijven, omgaan met ouder worden, medisch gedoe, conditie op peil houden, de chaos omarmen, lezen en het nieuws volgen, blijf ik dat maar doen. Want dit is mijn leven en er zit niks anders op: kijk, jonger word je niet, gedoe doet toch wat het wil doen, bewegen is leuk en lezen ook.

Alleen dat nieuws, hè? Omarm de chaos, zeggen ze maar de chaos van de wereld is te groot om te omarmen. Dus daar moet ik nog wat mee.

 

Ik denk dat ik het maar eens ga aanzien met mijn armen over elkaar.

De enige actie die ik nog wil ondernemen op wereldgebied is een vredesdemonstratie. Als die tenminste niet gekaapt wordt door radicale pro-klimaat- en pro-Palestina-activisten.

 

Want wat is dat toch? Wat heeft het klimaat in godsnaam te maken met de ellende in het Midden-Oosten?

Je kan toch ook bescheiden solidair met elkaar zijn?

Met de Rode lijn demonstratie van 18 mei had ik overigens graag meegelopen, maar het paste niet in mijn herstel van een fysieke dip. De demo had een duidelijk doel (slap kabinet aan het werk zetten) en er waren weinig pro-Palestina-schreeuwers, prima.

Over die pro-Palestinaclub: ik vind alle ondemocratische politieke leiders in het Midden-Oosten een stelletje criminele klootzakken. Ze voelen zich stiekem helemaal senang met elkaar als vijand en hebben nul consideratie met de eigen burgers.

Maar als je nu, in de rest van de wereld, als reactie daarop zonder meer pro-Palestina bent, dan hou je toch die rot oorlog in stand? En als je zonder meer pro-Israël bent toch ook?

Het gaat alle machthebbers daar pijn doen, maar er moeten twee staten komen. Punt. Een ‘historisch rechtvaardige’ vrede voor wie dan ook is een illusie en een degelijk twee staten vredesbestand is dat niet. Punt. Een punt op de horizon, dat snap ik ook wel, maar toch. Tot die tijd de oorlogscriminelen en terroristen als zodanig benoemen. En aanpakken. En niet piepen over ‘aan de goede kant van de geschiedenis willen staan’. Het is al de vraag of die goed definieerbaar is, maar mijn grootste bezwaar is dat het niet hoort te gaan over morele posities van individuen. Er bestaan collectieve mensenrechten en collectief oorlogsrecht, voor iedereen. Dáár moet het over gaan.

 

 

Afbeelding van Gerd Altmann via Pixabay

Nieuws

Nieuws

Nieuws

 

“Ik kan het niet geloven”, zei ik, me ervan bewust hoe dienstbaar clichés soms kunnen zijn.

Opeens begreep ik waarom mijn arts op de dagbehandeling een bed in een kamertje apart had laten reserveren en waarom ze zorgvuldig de deur sloot toen ze, als gewoonlijk, even langskwam.

Lang verhaal kort: ze moest me vertellen dat er toch nog een mutatie in het beenmerg was gevonden, maar dan eentje die ze niet had verwacht. En wel de laatste die ze had willen vinden: een met een statistisch zeer reële kans op het ontwikkelen van acute leukemie. Net als wij vond ze het ellendig.

Ik ging even in snel tempo door alle fases bij een ingrijpende gebeurtenis: ongeloof, verslagenheid, boosheid, verdriet, berusting en herwonnen moed. Nou ja,  een eerste keer dan, dat proces herhaalt zich nog steeds, maar dan minder heftig.

Patiënten zijn individuen en geen statistieken, zeggen veel artsen, en ik voel dat zelf ook zo. Dus ik nam me meteen voor om gewoon door te gaan waar ik was gebleven. Er is per slot ook een kant in de statistieken met mensen die boffen. En als ik aan de verkeerde kant blijk te komen dan is dat zo, maar nu ben ik er nog.  We weten zoveel niet over de toekomst, dus dat voelt alvast niet zo anders dan anders.

Wel heb ik mijn falende lege beenmerg ernstig toegesproken en vooral aangemoedigd nu weer gewoon aan het werk te gaan, want ik ben nogal moe. Met een beetje voorzichtige aansturing van het ziekenhuis komen we samen weer een klein eindje verder, lijkt het.

Doorgaan waar ik gebleven was bevalt me goed. Het geeft afleiding, vertrouwdheid en rust. Dus daarom volgen hierna gewoon weer meer blogafleveringen, die niet per se over mijn ziektes zullen gaan.

De wereld draait per slot gewoon door. Daarover en vooral daarvoor valt ook wel wat te zeggen.

 

 

 

 

Afbeelding van OpenClipart-Vectors via Pixabay

Marionet

Marionet

‘Waarom vraag je het niet gewoon’, hoor ik wel eens. Tja, goeie vraag. Waarop ik geen antwoord heb.

‘Je moet je niks aantrekken van wat een ander vindt’, ook zo eentje waarmee ik niet uit de voeten kan.

Want trek ik met het eerste niet een kast vol pingpongballetjes open en is het tweede niet een beetje asociaal? Anderen doen er toch toe? Je leeft toch in je omgeving?

Nu ik de seniorenstatus onderzoek, althans die van mij, zie ik dat er een lijn loopt van vroeger naar nu. Nou, lijn, was het maar zo strak. Ik ervaar het meer als een stippenwolk, waaruit af en toe iets oplicht. Ik noem het maar mijn buitenwereld.

Dat die buitenwereld meerdere zones heeft -van dichtbij naar veraf- maakt het niet makkelijker. Want de nabij-mensen hebben óók weer te maken met hún buitenzones. Daar komt bij dat wat vroeger vertrouwde zuilen waren (ik heb er als kind nog wel wat van meegekregen) nu bubbels heten en die worden vaker als een verwijt tegen je gebruikt dan dat ze je een veilig houvast bieden.

Ik vraag me wel eens af hoeveel mensen de van oorsprong puberale onzekerheid naar hun volwassen leven hebben meegenomen. Ik wel, of in ieder geval de restjes. Het vervelende is dat dat kan uitmonden in ongegronde vooroordelen over de samenleving. Ik pas me menigmaal aan, aan wat ik dénk dat anderen van mij verwachten. Of het schuurt daardoor.

Ik kom hierop omdat ik in de afgelopen drie blogs er hier en daar tegenaan liep dat mijn handelen kennelijk mede werd bepaald of verstoord door mijn ideeën over de ideeën van de samenleving over mij. Volgt U het nog?

Ik heb het over de invloed van de heersende cultuur, voor zover dat één geheel is. Dat is het natuurlijk niet, dus laten we het afmaken op: de grootste helft van alle meninkjes.

Het lastige is dat de ‘heersende cultuur’ fluctueert, zelf geen stem heeft, laat staan dat er een overzichtelijk up to date A-4tje van bestaat. De stemmen die er uitspraken over doen verschillen nogal, zijn het oneens of praten elkaar na. Zelf raap ik mijn opvattingen van de heersende cultuur maar bijeen uit een stapeltje eigen ervaringen, een stapeltje kranten met columns en wat ingezonden brieven. Plus die stippenwolk dus. En dan maar overeind blijven met al die prikkels.

Ik vind dat laatste, nu ik ouder ben, makkelijker dan vroeger. Niet dat ik de onverschilligheid omarm, maar af en toe de nou-dan-niet-houding aannemen voelt wel zo comfortabel. De hoeveelheid energie van een senior wordt helaas beperkter, maar dat heeft wel één voordeel: waar ik eerst elk pingpongballetje wilde terugslaan (die kast ging kennelijk tóch vaak ongevraagd open), kies ik nu mijn slagen. Had ik jaren eerder al kunnen doen, maar zo werkt het leven niet.

Terwijl ik lichamelijk steeds afhankelijker wordt van hulp en zorg, voel ik me psychologisch gezien juist onafhankelijker en minder een marionet dan vroeger, voor zover ik dat ooit was.

Misschien komt wijsheid inderdaad met de jaren.

 

 

 

 

 

Afbeelding van 愚木混株 Cdd20 via Pixabay

 

 

Rust

Rust

Rust

Sommige senioren, onder wie ik, denken even in een flits aan het begin van het einde, als ze een keertje in de war zijn. Wat ontzettend fijn en geruststellend voor mij is, is dat ik altijd al in de war was. Afspraken vergeten, de weg niet kunnen vinden: allemaal bekende kost.

Vroeger zocht ik daarvoor een reden (te druk), áls ik er al over nadacht. Nu schrik ik er even van. Waarom eigenlijk?

Die reden -te druk- heb ik namelijk nog steeds, want ik heb het nog steeds druk, alleen met andere dingen. Bijvoorbeeld met me druk maken over het vergeten van een afspraak. Daar komt bij dat dingen ondernemen met een stijf lijf nu een dag vullen. Druk dus.

Er verandert sowieso best veel in je lijf als je ouder wordt, ik noem deze fase niet voor niets mijn tweede puberteit: daar moet je ook mentaal aan wennen. Voor sommigen komt daar een drukke agenda vanwege medische zorg bij. Als ik mijn agenda kwijt raak is dat erger dan dat mijn telefoon spoorloos is, dát zou pas schrikken zijn.

Hoe dan ook, ik kan beter geen conclusies aan mijn warrigheid verbinden.

En tóch …

Want het bestaat natuurlijk wel, dementeren. En ik heb er de leeftijd voor.

Ik denk dat ik niet de enige ben die het een rot idee vindt dat je dan de controle kwijt bent. Waarbij ik me dan eerlijk gezegd afvraag hoe groot mijn controle nu is. In het klein lukt het wel zo’n beetje, en daar ben ik bewust blij mee. Als ik die controle door dementie zou verliezen, is dat pech. Hopelijk is er dan een liefdevol vangnetje voor me. Wel vind ik het bij voorbaat naar voor mijn naasten: die moeten dan, misschien langzaam, misschien heel snel, afscheid nemen van de versie van de ouder/partner/vriend/buur zoals ze die dachten te kennen. Dat is verdrietig. En ze maken zich bezorgd over hoe (on)gelukkig hun naaste nou is.

Nou ben ik dan weer zo eigenwijs om te denken dat ik als dementerende zelf misschien helemaal niet speciaal (on)gelukkiger ben dan ik mijn hele leven afwisselend al was. Het leven is sowieso niet perfect en dementie wordt gezien als de ultieme vorm van die imperfectie. En is dat misschien ook wel, maar hoe erg is dat voor de dementerende zelf? Als iemand heel angstig wordt, is het natuurlijk een ander verhaal, maar lijdt de dementerende zelf bijvoorbeeld onder decorumverlies en incontinentie?

Zo babbel ik mezelf door deze onzekere fase van het leven heen en dat geeft me toch rust. Het komt in de buurt van aanvaarden van wat je niet kunt veranderen, of in ieder geval aanvaarden dát je het niet kunt veranderen.

En ja, nou dringt zich toch het gebrek aan controle over de toestand in de wereld en Nederland op. Laat ik het zo zeggen: ik heb nog lang te oefenen in het aanvaarden van mijn machteloosheid daarover. Ben vast niet de enige en dat geeft me dan weer een beetje rust.

Samen staan we er niet alleen voor.

 

 

 

Afbeelding van Clker-Free-Vector-Images via Pixabay