Marionet
‘Waarom vraag je het niet gewoon’, hoor ik wel eens. Tja, goeie vraag. Waarop ik geen antwoord heb.
‘Je moet je niks aantrekken van wat een ander vindt’, ook zo eentje waarmee ik niet uit de voeten kan.
Want trek ik met het eerste niet een kast vol pingpongballetjes open en is het tweede niet een beetje asociaal? Anderen doen er toch toe? Je leeft toch in je omgeving?
Nu ik de seniorenstatus onderzoek, althans die van mij, zie ik dat er een lijn loopt van vroeger naar nu. Nou, lijn, was het maar zo strak. Ik ervaar het meer als een stippenwolk, waaruit af en toe iets oplicht. Ik noem het maar mijn buitenwereld.
Dat die buitenwereld meerdere zones heeft -van dichtbij naar veraf- maakt het niet makkelijker. Want de nabij-mensen hebben óók weer te maken met hún buitenzones. Daar komt bij dat wat vroeger vertrouwde zuilen waren (ik heb er als kind nog wel wat van meegekregen) nu bubbels heten en die worden vaker als een verwijt tegen je gebruikt dan dat ze je een veilig houvast bieden.
Ik vraag me wel eens af hoeveel mensen de van oorsprong puberale onzekerheid naar hun volwassen leven hebben meegenomen. Ik wel, of in ieder geval de restjes. Het vervelende is dat dat kan uitmonden in ongegronde vooroordelen over de samenleving. Ik pas me menigmaal aan, aan wat ik dénk dat anderen van mij verwachten. Of het schuurt daardoor.
Ik kom hierop omdat ik in de afgelopen drie blogs er hier en daar tegenaan liep dat mijn handelen kennelijk mede werd bepaald of verstoord door mijn ideeën over de ideeën van de samenleving over mij. Volgt U het nog?
Ik heb het over de invloed van de heersende cultuur, voor zover dat één geheel is. Dat is het natuurlijk niet, dus laten we het afmaken op: de grootste helft van alle meninkjes.
Het lastige is dat de ‘heersende cultuur’ fluctueert, zelf geen stem heeft, laat staan dat er een overzichtelijk up to date A-4tje van bestaat. De stemmen die er uitspraken over doen verschillen nogal, zijn het oneens of praten elkaar na. Zelf raap ik mijn opvattingen van de heersende cultuur maar bijeen uit een stapeltje eigen ervaringen, een stapeltje kranten met columns en wat ingezonden brieven. Plus die stippenwolk dus. En dan maar overeind blijven met al die prikkels.
Ik vind dat laatste, nu ik ouder ben, makkelijker dan vroeger. Niet dat ik de onverschilligheid omarm, maar af en toe de nou-dan-niet-houding aannemen voelt wel zo comfortabel. De hoeveelheid energie van een senior wordt helaas beperkter, maar dat heeft wel één voordeel: waar ik eerst elk pingpongballetje wilde terugslaan (die kast ging kennelijk tóch vaak ongevraagd open), kies ik nu mijn slagen. Had ik jaren eerder al kunnen doen, maar zo werkt het leven niet.
Terwijl ik lichamelijk steeds afhankelijker wordt van hulp en zorg, voel ik me psychologisch gezien juist onafhankelijker en minder een marionet dan vroeger, voor zover ik dat ooit was.
Misschien komt wijsheid inderdaad met de jaren.
Afbeelding van 愚木混株 Cdd20 via Pixabay